Sinterklaas komt al 800 jaar in Roermond
Sinterklaas is weer in het land, en dat is niet voor het eerst. Roermond kent een lange Sint-historie waar ook de familie Frencken, die rond 1600 in Roermond kwamen wonen, ook bij betrokken waren.
Franciscus Frencken zal eind november 1613 de Goedheiligman voor de eerste maal gezien hebben, maar zal het onbewust hebben meegemaakt, gezien het feit dat deze eerste Frencken die in Roermond geboren werd, nog geen acht maanden oud was. Het was wel de start van een jarenlange traditie. De traditie van Sinterklaas in Roermond gaat nog verder terug, want er zijn aanwijzingen dat de Goedheiligman al ruim 800 jaar geleden werd vereerd in Roermond. Dat zegt iets over hoe de Roermondenaren toen leefden.
Al in 1224 – Roermond bestond nog maar net – hielden de Roermondenaren Sint-Nicolaas in ere. In een oorkonde uit dat jaar staat namelijk dat de Munsterabdij niets te zeggen had over de Sint-Nicolaaskapel. Die kapel, zo weten we uit latere vermeldingen, lag op de plek van de huidige Minderbroederskerk. In 1308 schonk de graaf van Gelre de kapel aan een groep monniken van de minderbroedersorde om daar een klooster te stichten.
Het ingangsportaal van de kerk zoals wij die kennen is opgetrokken uit grote brokken natuursteen. Pas vanaf 1200 kwam het gebruik van baksteen op. Waarschijnlijk braken de monniken de oude, in natuursteen gebouwde Sint-Nicolaaskapel in de vijftiende eeuw af en vormde het sloopmateriaal de basis voor hun nieuwe, veel grotere kerk.
Ze zegelden hun brieven trouwens met een afbeelding van Sint-Nicolaas.
In de periode die we hier behandelen woonde er nog geen een Frencken in Roermond, dat was pas rond 1607. De eerste Frencken die in Roermond kwam wonen was Nicolaus Vrancken (1591-1644), ook wel Frencken genoemd. Nicolaus werd vernoemd naar zijn overgrootvader Nikolaus (1490-1576) èn dus ook naar de Goedheiligman.
De oudste kern van de stad is de Markt en omgeving. Als de Nicolaaskapel in 1224 al bestond, dan strekte Roermond zich toen al uit van de Markt tot aan de Bakkerstraat. Verder weten we dat Sint-Nicolaas in de hoge middeleeuwen vereerd werd als schutspatroon van de schippers – vandaar die stoomboot waarmee Sinterklaas ieder jaar over zee naar Nederland komt. Als Sint-Nicolaas vóór 1250 ergens vereerd werd, dan waren daar ook schippers. Roermond was in 1224 dus geen boerennederzetting meer, maar een plaats waar schippers handelswaar vervoerden over de Maas.
De beroepsvereniging van de Roermondse schippers stond onder meer bekend als de Sint-Nicolaasbroederschap. Maar ook wel als de kogelbroeders. Die naam komt van een speciale muts, de ‘kogel’, die nieuwe leden bij hun inwijding opgezet kregen.
Met dank aan het Stadsarchief Roermond